Column: Hutspot
13 november 2012, 20:17 | Jeroen
Afgelopen week had ik het genoegen om mij op dinsdag-, donderdag-, vrijdag- en zaterdagavond in de wereld van alcohol, muziek en dans te storten. Omdat ik ouder ben dan ik eruit zie, lag ik zondag in de kreukels en was het schrijven van een column als het beklimmen van de Kilimanjaro zonder benen: zo goed als onmogelijk.
Toen ik zondag in de huiskamer lag te verpozen op mijn zelfgebouwde slaapeiland (twee aan elkaar geschoven matrassen, maar dat klinkt veel minder interessant) overdacht ik de afgelopen week. Er was me iets opgevallen: de wollen trui is weer in zwang.
Hij is vast in sommige contreien nooit weggeweest, bijvoorbeeld op plekken in Groningen en Friesland waar het nog echt koud is tijdens het uutgoan, zoals in de bierkeet op het erf van neef Jouwert. Maar in de rest van Nederland is ‘ie dus terug van weggeweest, with a vengeance, want het verspreidingsgebied lijkt groter dan voorheen. Een leuk Scandinavisch printje voor de hipster, een ruige schipperstrui voor de hardrocker en de goede ouwe kabeltrui voor de casual bierdrinker.
Voorheen, als in vroeger toen ik veertien was, was er altijd wel één onnozele jongen van dezelfde leeftijd die bedacht had dat het een zeer geschikte avond voor het dragen van een witte kabeltrui zou zijn. Op een feest vol zwetende pubers in de kelder van een middelbare school zonder airco, is dit een nogal onverstandige beslissing en veel jongens leerden van die ervaring en besloten de wollen trui te bewaren voor lange wandelingen in de vrieskou of voor thuisgebruik om de verwarmingskosten te drukken (als ik tenminste één van mijn vrienden mag geloven die zijn nieuwe gebreide coltrui aantrok naar zo’n feest).
Maar nu is er een generatie opgestaan die deze wijze les in de wind slaat. Onverschrokken truidragers, mannen uit één stuk (met vermoedelijk een rood aangelopen hoofd en zweetrug) die stug vasthouden aan hun wollen kledingstuk op plekken met een gevoelstemperatuur van 30 graden. En daarbij een nostalgische geur uitwasemen; ik had deze week meerdere malen flashbacks naar mijn moeders Hutspot. Na afloop van al die avondjes uit rook ik niet naar sigarettenrook zoals vroeger, maar naar andermans zure zweet. Ik vrees dat ik er maar aan moet wennen en moet hopen op een langlopende winterse verkoudheid met verstopte neus.
Enige voordeel is dat ik nu wel al weet wát en wáár ik deze donderdag eet…