Recensie: Into the Woods

19 maart 2017, 12:48 | Linda

“Er was eens …” een tiental sprookjes in de mix. Met een sterrencast, vijftienkoppig orkest centre-stage en vrolijk fluitende vogeltjes gaat Sondheims Into the Woods duidelijk richting happy end. Maar wat gebeurt er ná “en ze leefden nog lang en gelukkig”?

Iemand onbekend met het werk van Sondheim (Sweeney Todd, Company, Assassins) zal halverwege de show denken dat de voorstelling ten einde is. Roodkapje en oma zijn gered, de bakker en zijn vrouw hebben een kind, Assepoester en Rapunzel hebben hun prinsen, Sjaak (die van de bonenstaak) zal geen honger meer lijden en de heks is verslagen. Als je het maar graag genoeg wilt, kun je al je dromen uit laten komen.

Sprookje met een twist

Niks ‘lang en gelukkig’. De hel breekt los wanneer de reuzin verhaal komt halen voor de dood van haar man. Zij zaait dood en verderf en iedereen geeft elkaar hier de schuld van. Ook de prinsen gedragen zich bepaald niet vorstelijk. Into the Woods is een sprookje, dus uiteindelijk komt alles goed, maar niet nadat een paar belangrijke levenslessen opnieuw benadrukt zijn: je zult het samen moeten rooien, dus denk na over de gevolgen van je acties.

Schijn bedriegt

Into the Woods lijkt een eenvoudig stuk. De simpele muzikale motieven zingen dagen later nog rond in je hoofd, maar vocaal wordt er veel gevraagd van de zangers. Brigitte Heitzer (Assepoester) en Lone van Roosendaal (bakkersvrouw) hebben hun volle bereik nodig, maar doen dit bewonderingswaardig. Jeremy Baker verdient complimenten voor de vertaling, want Sondheim is een meester in dubbele betekenissen en ingewikkelde rijmschema’s.

Eigenlijk zijn de personages van Into the Woods doodsaai. Het zijn sprookjesfiguren zonder diepgang. Ze willen maar één ding of weten juist niet wat ze willen. Het gevaar voor slapstick ligt daarmee op de loer. In de regie van Gijs de Lange heeft Into the Woods echter de zelfspot behouden. Vooral Paul Groot zet zijn dubbelrollen van prins en wolf meesterlijk neer.

Eind goed, al goed?

Een fundamenteel probleem met Into the Woods an sich is dat het stuk gewoon erg lang is. Vooral de tweede akte kakt in. Sondheim neemt bijna anderhalf uur voor de eerste akte en dan moet hij nog beginnen zijn punt te maken. Ook daar neemt hij zijn tijd voor met veel solo’s met een iets te moralistisch ondertoontje. Het had artistiek leider Esther Maas (die ook de heks speelt) gesierd als zij tegen de puristen in was gegaan en het stuk minder langdradig had weten te maken.

Toch voegt deze Nederlandse productie van Into the Woods iets toe. Dit musicaltalent geeft de humoristische stukken nieuw elan. Het is heerlijk luisteren naar het orkest dat in deze productie een zeer prominente plaats op het podium krijgt en het decor van Marjolein Ettema is even simpel als inventief. Daarmee krijgt deze Into the Woods toch haar happy end.

Into the Woods is nog tot half mei te zien op tour door Nederland. Check de speellijst.



Share |

Gerelateerde artikelen